Dagboek van Daantje, een gered vleeskuiken, deel 14

Het is tijd om te gaan. Ik til Daan voorzichtig op en zet hem in de grote kattenbench waar een dikke laag stro in ligt. De kattenmand bind ik met snelbinders goed stevig vast aan het rek voorop mijn fiets. Ik stap op en zo fietsen Daan en ik samen in een miezerige regen langs het water in Amsterdam. Het is een half uur fietsen. Ik zie Daan ondertussen nieuwsgierig kijken naar alles wat hem voorbij komt. Ik moet wel even slikken. Want vandaag verhuisd Daan. Het is maar voor proef, maar toch …

Daan en Nicolaj kunnen niet samen door één deur

Daan heeft het goed bij me gehad. Maar de laatste weken kon ik hem niet meer geven wat hij nodig had. Mijn andere haan Nicolaj tolereerde Daan niet meer. Slechts een dagdeel kon hij daardoor nog maar buiten zijn. De rest van de tijd zat hij noodgedwongen binnen in de grote hondenbench waar hij aan een stuk door gefrustreerd kukelde. Een rustig telefoongesprek met een vriendin voeren was er niet meer bij. Al raakten we aan Daan’s gekukel ook wel weer gewend.

Liefde is ook loslaten …

Soms moet je iemand waar je van houdt loslaten om hem een beter leven te geven. Zo ook met Daan. Ik bof enorm dat Linda van de nieuwe Amsterdamse opvang van Red een Legkip het wil proberen met Daan. Linda heeft veel meer ruimte. Bij Linda aangekomen is het toch nog wel even spannend hoe het zal gaan. Want niet alleen heeft Linda negen mooie van de slacht geredde kippendames voor Daan, maar ze heeft ook het ooit gedumpte kleine witte sierhaantje Hennie in haar kippenweide rondlopen. Ik laat Daan vrij en onwennig stapt hij in het rond. Maar al gauw amuseert meneer zich prima en maakt enthousiast kennis met de kippendames en scharrelt blij over het terrein. Haantje Hennie en hij houden gepaste afstand, maar doen elkaar verder niks. Omdat Daan zo zwaar is kan hij niet op stok slapen. In het kippenstalletje krijgt hij daarom van Linda op de grond een eigen hondenbench met zaagsel om in te slapen. Ik maak met Linda de afspraak dat als het niet gaat of als Daan heel erg ziek wordt, ik hem weer kom halen. Met een gerust hart vertrek ik, een blije Daan in de wei achterlatend. Die avond en nacht is het vreemd stil in huis. Het is vreemd dat ik opeens de slaapkamerdeur weer open kan laten. Ik mis Daan zijn gekukel.

Daan heeft het goed met zijn dames

Daan is nu inmiddels tien maanden oud. Hij woont nu al bijna twee maanden bij Linda en voelt zich daar de koning te rijk. Het gaat hartstikke goed met hem. Trots als een pauw paradeert hij daar in de kippenweide met zijn dames in het rond. Het is prachtig om hem zo gelukkig te zien. ‘s Nachts is er altijd een dame die dicht naast hem gaat liggen in zijn nachtverblijf. Ook Linda is ondertussen geheel gecharmeerd geraakt van Daan. Zo’n tamme grote dikke lieve haan heeft ze nog nooit gezien. Als ze met wat lekkere hapjes aan komt lopen, komt hij rennend samen met zijn dames aan waggelen. Als ze dat ziet moet ze altijd lachen. Alleen haantje Hennie is niet zo blij. Want Daan doet soms niet zo aardig tegen hem. Daan kan erg boos worden als Hennie op de dames wil springen. En al waren het eerst Hennie’s dames, Daan ziet dat toch duidelijk iets anders. Maar gelukkig is Hennie een vliegensvlug klein slim haantje dat vele malen sneller is dan Daan en hem daardoor heel goed weet te ontwijken. Hennie spaart zijn frustratie netjes op: iedere keer als ik Daan kom opzoeken pikt Hennie mij vinnig in de benen.